Zomer 2020, Minsk. Terwijl het land kraakt onder het gewicht van een autoritair regime, weerklinkt een bekende melodie door de straten: het lied ‘Peremen!’ van de Sovjetband Kino. Niet alleen in Belarus, maar ook in Oekraïne en Rusland wordt het gezongen, geschreeuwd of soms gefluisterd.
Polsslag neemt de lezer mee naar Oost-Europa in een turbulente tijd. We volgen Nadja, Vova, Pjatro en vele andere jonge musici. Wanneer de protesten aanzwellen en de repressie genadeloos toeslaat, worden hun stemmen instrumenten van verzet. Brute arrestaties volgen, en opposanten moeten alles achterlaten om elders – in Warschau, Riga of Berlijn – de strijd voort te zetten.
Dit boek is een verslag van teleurstelling en hoop, van verlies en volharding. Wat brengt mensen in beweging? Waar halen ze de moed vandaan om te blijven strijden tegen onderdrukking? En wat is het geheim van muziek in de strijd voor vrijheid?
Zomer 2020, Minsk. Terwijl het land kraakt onder het gewicht van een autoritair regime, weerklinkt een bekende melodie door de straten: het lied ‘Peremen!’ van de Sovjetband Kino. Niet alleen in Belarus, maar ook in Oekraïne en Rusland wordt het gezongen, geschreeuwd of soms gefluisterd.
Polsslag neemt de lezer mee naar Oost-Europa in een turbulente tijd. We volgen Nadja, Vova, Pjatro en vele andere jonge musici. Wanneer de protesten aanzwellen en de repressie genadeloos toeslaat, worden hun stemmen instrumenten van verzet. Brute arrestaties volgen, en opposanten moeten alles achterlaten om elders – in Warschau, Riga of Berlijn – de strijd voort te zetten.
Dit boek is een verslag van teleurstelling en hoop, van verlies en volharding. Wat brengt mensen in beweging? Waar halen ze de moed vandaan om te blijven strijden tegen onderdrukking? En wat is het geheim van muziek in de strijd voor vrijheid?