Boek van de doden is het verhaal van een week uit het leven van Felix Post. Felix is nog net geen dertig en zijn werk loopt vast. Hij is verliefd op een vrouw die een kind krijgt van een ander. Tot overmaat van ramp komt het jaarlijkse kerstdiner van zijn familie eraan. Huff beschrijft de ondergang en de wederopstanding van zijn alter ego met empathie en flair. In deze weergaloze roman komen de grote worstelingen van zijn generatie samen – en in het slothoofdstuk geeft Huff ons een wezenlijk antwoord.
Felix Post, nog net geen dertig, dwaalt de week voor kerst door Amsterdam. Het meisje dat hij wil is met een ander. Zijn werk stagneert. Hij ontloopt zijn zus, die net een tweede kind heeft gekregen. Met drank en drugs probeert hij de sluimerende wanhoop te dempen. Tot hij, in het diepst van de nacht, de crisis die zijn leven is onder ogen moet komen.
‘Als dit voorbij is, denk ik, als ik straks in mijn bed lig, als ik daarna nuchter ben… Maar ik hoor mezelf denken en dan lachen – droog, en schamper – en ik steek een sigaret op.’